Ik zit er nu meer ontspannen in, er was voorheen vooral druk omdat ik die mezelf oplegde.
Hanneke is er blij mee dat ze veel vertrouwen heeft gekregen van haar leidinggevende. “Ik had een tijdelijk contract en dat is zelfs twee keer verlengd in de periode dat ik ziek was. Ik dacht iedere keer: ontsla mij maar, je hebt niks aan mij, maar dat hebben ze niet gedaan. Dat vind ik heel bijzonder. Mijn burn-out werd nooit onderschat of als flauwekul afgedaan.”
Door haar burn-out leerde Hanneke dat goed, goed genoeg is. “Ik draai het nu om: als iemand anders het zo zou doen, zou ik het dan goed vinden? Voor anderen is de lat een stuk lager, dus mijn eigen lat mag ook wat naar beneden. Het kan altijd beter, maar dat kost dan ook weer veel meer energie.”
Hanneke vond het fijn dat haar leidinggevende het initiatief nam voor een gesprek en haar schuldgevoelens verkleinde. “Ik dacht: jullie geven mij deze kans en betalen mij en ik zit thuis. Ik schaamde me en voelde me schuldig. Mijn leidinggevende zocht mij op en vroeg rechtstreeks hoe het ging. Zij probeerde het ‘moeten’ van mij weg te nemen. Ik kreeg de kans en de tijd om te herstellen. Mijn leidinggevende hield mij steeds voor wat ik wel goed deed. Terwijl ik juist heel goed was in bedenken wat ik allemaal niet goed deed. Ook nu heb ik nog regelmatig gesprekken met mijn leidinggevende. Ik word nog steeds door haar gesteund en zij signaleert heel goed als ik extra rust moet nemen.”
Als werkgever een persoonlijke en menselijke benadering kiezen, is belangrijk, want sommige werknemers moet je juist een beetje pushen en andere werknemers juist afremmen. “De mensen die een burn-out krijgen, zijn niet de mensen die de kantjes ervan aflopen. Het zijn vaak juist de betrokken, gemotiveerde mensen. Heel gemotiveerde mensen moeten soms een beetje afgeremd worden. Dat is natuurlijk lastig, maar als je een veilige omgeving creëert waarin mensen zich durven uit te spreken, voorkom je uitval omdat je weet hoe het met mensen gaat.”
De stap om terug te keren naar de werkomgeving na een burn-out wordt na verloop van tijd steeds groter. Het is belangrijk om contact te houden, maar wel in een veilige omgeving. “Weer terugkeren kan lastig zijn. Eigenlijk ben je heel erg bang en je schaamt je. Het liefst zou je onder een dekentje wegkruipen, niemand zien en het er niet over hebben. Gelukkig vond ik wel de kracht om terug te keren. Mensen die die kracht niet hebben, zouden uitgenodigd moeten worden. Op een heel veilige manier, want een kopje koffie drinken op de werkplek is al spannend en kost al heel veel energie.”
Hanneke heeft veel steun gehad aan een collega die een soortgelijke situatie heeft meegemaakt: “Die collega zat op personeelszaken en zag heel goed hoe het met mij ging. Bij haar kon ik mijn verhaal kwijt. Doordat zij met mij praatte, mij uitlegde dat een burn-out tijd nodig heeft en mij verzekerde dat wat ik op dat moment voelde normaal was, kon ik het proces langzamerhand accepteren. Daarvoor bleef ik vechten tegen iets waar ik eigenlijk niet tegen kon vechten.”
Hanneke heeft het gevoel dat ze nu beter functioneert dan voor haar burn-out. “Ik zit er nu meer ontspannen in, er was voorheen vooral druk omdat ik die mezelf oplegde. Ik heb ervan geleerd dat ik de signalen van mijn lichaam niet mag negeren en eerlijk moet zijn als het niet goed gaat. Als ik nu moe ben, dan ziet mijn leidinggevende dat. Zij geeft dan aan dat ze wil dat ik een aantal dagen vrij neem. Hoewel ik het nog steeds moeilijk vind om toe te geven als ik moe ben, heb ik vanochtend toch uitgeslapen. Ook al zitten we in een drukke tijd! Ik durf dit nu te doen omdat mijn leidinggevende me heeft geleerd dat het kan. Mede dankzij mijn werkgever ben ik er sterker uitgekomen, dus het kan echt!”
Google+